Het belang van een gezond en goed functionerend paardengebit wordt nog vaak onderschat. Paarden kunnen, net als wij, tandproblemen ontwikkelen en ook hier geldt dat voorkomen beter is dan genezen. Weten wat er in de mond van uw paard speelt zal u als eigenaar helpen om pijn, ongemak en rijtechnische problemen te voorkomen.
Waaruit moet een goede gebitscontrole en behandeling bestaan?
Ten eerste wordt de eigenaar gevraagd naar: mogelijke wijzigingen in gedrag, voederopname en rijtechnische problemen.
Vervolgens wordt het paard in zijn geheel bekeken en wordt het hoofd geïnspecteerd o.a. ter controle op asymmetrie, zwellingen en neusvloei.
De eigenlijke gebitscontrole begint met de snijtanden (bij gesloten mond). Controle en behandeling van de kiezen daarentegen dient te gebeuren bij een geopende mond.
Ter behandeling heeft de dierenarts best een groot gamma aan verschillende vijlen, probes, spiegeltjes, tangetjes, wortelheffers etc. Een goede dierenarts laat u meekijken en zal zijn bevindingen en behandelingen duidelijk maken aan de hand van een rapport. Een grondige inspectie en behandeling vergt een lichte sedatie van de patiënt (enkel de dierenarts is hiervoor bevoegd!).
Frequentie
Aanbevolen wordt om het gebit van uw paard minstens 1 keer per jaar te laten controleren. De frequentie is per patiënt mogelijks verschillend. Enkele richtlijnen:
2-5 jarige paarden: deze groep van paarden zijn volop tanden aan het wisselen en krijgen stilaan al hun definitieve tanden. Laat in elk geval de mond van uw paard controleren alvorens u voor het eerst een bit hanteert.
5-18 jarige paarden: In deze leeftijdsgroep is preventie het sleutelwoord. Paarden die doorheen hun leven regelmatig gebitsverzorging te beurt vielen houden gemiddeld 5 jaar langer een gezond gebit en verkeren op oudere leeftijd in een betere conditie.
+18 jarige paarden: vanaf deze leeftijd wordt het belangrijk om ouderdoms-kwalen tijdig te detecteren en behandelen.